Samenvatting
Organic Time
De wereld bestaat uit tijd. En als je goed naar de wereld kijkt zie je dat tijd uit twee verschillende vormen bestaat. Zo zie je in Afrikaanse culturen de organische tijd, en in de westerse culturen lineaire en abstracte tijd.
In de Afrikaanse boeken drukken ze ook de organische tijd uit. Toch zie je een spoor van striktere tijden terug komen. Zoals kalenders. Dit geld ook andersom. In de westerse wereld van de strikte en abstracte tijd, zie je organische tijd voorbij komen. Denk aan het huwelijk, verjaardagen en leven en dood.
Ayoade vind dat de kwaliteit van tijd boven kwantiteit staat. Het is belangrijk voor de karakters en de actuele situatie.
Je kunt de verschillende tijdswerelden niet met elkaar vergelijken. Organische tijd heeft een sterkte en meerwaarde in Afrika. Strikte tijd is een sterkte en meerwaarde in Westerse culturen.
Nikki de Pree
ROV2
Praktijk research
Performance VanDale
performance
per·for·mance (niet: performan·ce)
zelfstandig naamwoord; de (v(m)); meervoud: performances
(1901-1925) Engels
1. Publiek optreden, m.n. publiek optreden (van een kunstenaar of sportman) gepaard gaand met veel show
2. (bij uitbreiding) prestatie in het algemeen
3. koersbeweging van een effect of beleggingsfonds
4. (computerterm) capaciteit of snelheid van een computer
5. (taalkunde) het actuele gebruik van de taal
antoniem: competence
-Welke zintuigen roepen voorwaarden op?
-Wat zijn specifieke kenmerken van zintuigen?
-Welke lichaamsdelen worden geprikkeld?
-Welke voorwaarden geven voldoening?
-Wat doet organische tijd met het publiek?
-Welke meerwaarde heeft de context voor je ontwerp?
-Hoe zorg je dat je context functioneert?
(concreter maken, dieper op de vragen in gaan, op je eigen ontwerp)
Etymologisch woordenboek
1. voeg toe aan favorieten performance zn. 'voorstelling'
categorie: leenwoord
Nnl. performance 'opvoering' in een charakteristieke "performance" van "Fra Diavolo" [1884; Groene Amsterdammer], performance 'optreden als aparte kunstvorm' [1979; Nieuwsblad van het Noorden], 'wijze van presenteren' in dichters die te weinig aan hun performance deden [1982; Haagse Post].
Ontleend, in het eerste citaat wellicht aan het Frans, later aan Engels performance 'opvoering' (van toneelstuk e.d.) [1611?; OED], eerder performaunce 'uitvoering van opdracht e.d.' [ca. 1487; OED3], een afleiding van perform 'opvoeren', eerder parfourmen 'uitvoeren' [ca. 1300; BDE], onder invloed van Frans forme 'vorm' ontleend aan Oudfrans parfornir 'doen, uitvoeren', gevormd uit par- 'volledig' (van Latijn per-; zie ook per) en Oudfrans fornir 'afmaken' [ca. 1130; Rey], ook furnir 'afmaken' [1119; TLF] (Nieuwfrans fournir), zie fourneren. Het is overigens ook mogelijk dat het Oudfrans fornir (resp. parfornir) in verband staat met Oudfrans formir 'uitvoeren, laten weten' (resp. parformer 'id.') < vulgair Latijn *forminare < klassiek Latijn fōrmare 'vormen, onderwijzen', een afleiding van fōrma 'vorm, beeld, plan', mogelijk ontleend aan Grieks morphē 'uiterlijk, schoonheid', zie vorm.
In de kunst , performance art is een prestatie gepresenteerd aan een publiek , traditioneel interdisciplinair . Prestaties kunnen worden gescript of unscripted, willekeurig of zorgvuldig georkestreerd; spontane of anderszins zorgvuldig gepland, met of zonder deelname van het publiek. De prestaties zijn live of via de media; de uitvoerder kan aanwezig of afwezig zijn. Tijd, ruimte, het lichaam van de uitvoerder, of de aanwezigheid in een medium, en een relatie tussen performer en publiek: het kan elke situatie die vier basiselementen gaat zijn. Performance art kan overal gebeuren, op welke locatie of instelling en voor langere tijd. Het handelen van een individu of een groep op een bepaalde plaats en in een bepaalde tijd vormen het werk.
Performance art is een wezenlijk betwist concept: een enkele definitie van het impliceert de erkenning van rivaliserende toepassingen. Als begrippen als 'democratie' of 'kunst', het impliceert productief meningsverschil met zichzelf.
De betekenis van de term in engere zin is gerelateerd aan de postmoderne traditie in de westerse cultuur. Vanaf ongeveer het midden van de jaren 1960 tot de jaren 1970, vaak afgeleid van concepten van de beeldende kunst, met betrekking tot Antonin Artaud , Dada , de situationisten , Fluxus , installatiekunst en conceptuele kunst , performance art neiging om te worden gedefinieerd als een antithese tot theater , uitdagende orthodoxe vormen van kunst en culturele normen. Het ideaal was een kortstondige en authentieke ervaring voor performer en publiek op een evenement dat niet kon worden herhaald, gevangen of gekocht zijn. De veelbesproken verschil, hoe concepten van beeldende kunst en concepten van de podiumkunsten worden gebruikt, kan het bepalen van de betekenissen van een performance art presentatie.
Performance art is een term die meestal gereserveerd om te verwijzen naar een conceptuele kunst , die een inhoudelijke betekenis overbrengt in een meer-drama gerelateerde zin, in plaats van eenvoudige prestatie voor zijn eigen belang voor entertainment doeleinden. Het verwijst vooral naar een voorstelling gepresenteerd aan een publiek, maar die is niet bedoeld om een conventionele toneelstuk of een formele lineair verhaal, of die wel afwisselend niet de bedoeling om een reeks van fictieve personages uitbeelden in formele scripted interacties presenteren. Het kan dus zijn onder andere actie of gesproken woord als communicatiemiddel tussen de kunstenaar en het publiek, of zelfs negeren verwachtingen van een publiek, in plaats van het volgen van een script op voorhand geschreven.
Sommige vormen van performance art toch kan dicht bij podiumkunsten zijn. Een dergelijke prestatie kan een script te gebruiken of maak een fictieve dramatische setting, maar toch vormen performance art in dat het niet bedoeld is om de gebruikelijke dramatische norm van het creëren van een fictieve setting met een lineaire script dat conventionele real-world dynamiek volgt te volgen; Integendeel, er opzettelijk trachten hekelen of de gebruikelijke echte dynamiek die worden gebruikt in gebruikelijke theaterstukken overstijgen.
Performance kunstenaars uitdagen vaak het publiek te denken in nieuwe en onconventionele manieren, conventies van traditionele kunsten te breken, en breken de conventionele ideeën over 'wat kunst is'. Zolang de uitvoerder niet een speler die een rol herhaalt te worden, kunnen de prestaties van de kunst behoren satirische elementen (vergelijk Blue Man Group ); gebruik maken van robots en machines als uitvoerders, zoals in stukken van de Survival Research Laboratories ; rituele elementen (bijvoorbeeld inhouden Shaun Caton ); of lenen elementen van elke podiumkunsten zoals dans , muziek en circus .
Sommige kunstenaars, zoals de Weense Aktionisten en neo-dadaïsten , de voorkeur aan de termen "live art", "actie art" te gebruiken, "acties", "interventie" (zie art tussenkomst ) of "manoeuvre" om hun presterende activiteiten beschrijven. Zoals genres van performancekunst verschijnen body art , fluxus-performance, happening , actie poëzie , en intermedia .
Performance art =
De term "performance art" is begonnen in de jaren 1960 in de Verenigde Staten. Het begrip performance wordt in het theater en de beeldende kunst gebruikt als verzamelnaam voor muzikale, beeldende of uitgesproken fysieke optredens, waarbij taal een ondergeschikte rol speelt en die vaak kort van duur zijn.
Ook buiten het theater kan het woord performance gebruikt worden als naam voor optredens met een theatraal karakter, uitgevoerd door één of meer samenwerkende kunstenaars, zoals muzikanten, dichters, stand-upcomedians en beeldend kunstenaars.
Kenmerken Performance Art:
• Performance Art is live.
• Performance Art heeft geen regels of grenzen. Het is kunst, omdat de kunstenaar zegt dat het kunst is, het is experimenteel.
• Performance Art is niet te koop, en ook niet bedoeld om te verkopen. Het werd vaak gezien als een statement tegen het kapitalisme. Ze wilden hiermee de puurheid van de kunst laten zien.
• Performance Art kan bestaan uit een schilderij, een beeld, een dialoog, poëzie, muziek, dans, opera en filmmateriaal.
• Het Dada, futurisme, het Bauhaus en het Black Mountain College waren allemaal inspiratie voor de Performance Art.
• Performance Art is vermaak, amusant, shockerend en huiveringwekkend, en is bedoeld om nooit meer te vergeten.
In de kunststroming Fluxus speelden performances een belangrijke rol. De stroming wilde muziek en beeldende kunst dichter bij elkaar brengen.
Dit soort performances kwam mede voort uit de Dada-beweging en de concrete muziek. Het vond zijn vervolg in de happenings en de levende kunstwerken (Gilbert & George, Fabiola).
Performance in een netwerkomgeving: Via het internet krijgt de kunstvorm performance een nieuwe invulling door zich op het snijpunt van livekunst en technologie te begeven. Middels de nieuwe technologie zoals realtimenavigatie in 3D-beelden, videobrillen met ingebouwde camera, hoofdtelefoons en computermanipulatie ontstaat alzo een esthetische of zintuiglijk ervaring. Sensoren registreren de bewegingen van de performanceactoren en laten de PC toe het beeld waarin ze zich op dat moment bewegen live te wijzigen. Paradoxaal genoeg leidt dit tot een verhoogd bewustzijn van het eigen lichaam in de virtuele ruimte.
Andere benamingen voor deze kunstrichting zijn 'interventie kunst' en action art. Verwante richtingen zijn: living theatre, straattheater, situationisme.
Performancekunstenaars: De Duitse conceptuele kunstenaar Joseph Beuys, een Koreaanse kunstenaar Nam June Paik, Nederlandse kunstenaars Moniek Toebosch en, het voormalige duo, Marina Abramović en Ulay.
Senario
Context:
Ik kreeg bij mijn gekozen plek direct een thuisgevoel. Dit komt doordat je de bijzondere geschiedenis van het gebouw voelt. Je ziet aan de spullen dat er mensen geleefd en gewerkt hebben. Daarbij zijn de graansilo's bijzondere objecten. Die direct zorgen voor een afwijkende en aparte ruimte. Het is een grote inspiratie voor me geweest.
Mijn podium bestaat uit het kernwoord doorleefbaarheid.
Doorleefbaarheid;
De samenvatting van mijn project. Op deze plek voel je de geschiedenis. Je voelt mensen, je voelt een warm gevoel wat ik associeer met een thuisgevoel. Daarnaast zie je de leegte, de doorleefbaarheid. Je vind oude spullen, die vervallen zijn, en langzaam wegrotten. Dit geeft een beweging aan door de tijd heen. Tijd is een belangrijk begrip in het heden. Door de strikte tijden van tegenwoordig moet mijn podium de organische tijd weergeven. Oftewel ga zitten en vergeet de tijd, luister rustig naar de tikkende klok.
Concept
Doorleefbaarheid
Een thuisgevoel tegenover de leegstand
Een beweging door de tijd
Doorgroeimogelijkheden:
Dit project kan uitvergroot worden. Stel je het voor over de gehele verdieping. Wat voor impact zou het hebben op grotere schaal, hoe ga je dit uitvoeren, hoe ga je zorgen dat het werkt, en hoe maak je het spannend op grotere schaal? Deze uitdaging zou ik met jullie willen aangaan.
Deelvraag 1: Welke zintuigen roepen voorwaarden op?
Ik denk dat alle zintuigen voorwaarden oproept. Elk zintuig heeft zijn eigen eigenschap die ingezet kan worden om mensen te laten deelnemen.
Deelvraag 2: Wat zijn specifieke kenmerken van zintuigen?
Zien, horen, voelen, ruiken, proeven
Deelvraag 3: Welke lichaamsdelen worden geprikkeld?
Specifiek heb je:
Ogen is zien
Huid staat voor voelen/prikkels
Oren voor horen
Neus voor de reuk
De mond voor proeven
Maar alles in het lichaam heeft te maken met prikkels van de zintuigen.
Deelvraag 4: Welke voorwaarden geven voldoening?
Dit verschilt per persoon. Iedereen vind wat anders en voelt wat anders. Je wordt geprikkeld door iets wat jou interesseert. Dit verschilt dus per persoon. Daar naast denk ik wel dat het belangrijk is om de zintuigen te prikkelen. Dit zorgt voor spanning en deelname. De een voelt alleen meer prikkels voor zien, en de andere voor voelen bijvoorbeeld. Ook denk ik dat je moet proberen zoveel mogelijk zintuigen te laten spelen. Hierbij krijg je een grotere spanning.
Deelvraag 5: Wat doet organische tijd met het publiek?
In mijn ogen geeft organische tijd, een rust aan het publiek. Tijd die ervoor zorgt dat je tot jezelf kan komen. Je hoeft hierbij namelijk niet op de tijd te letten. Terwijl je in onze wereld alleen maar bezig bent met strikte tijden.
Deelvraag 6:Welke meerwaarde heeft de context voor je ontwerp?
De meerwaarde is erg groot van een context. Weet je plek te kennen, weet je locatie te kennen. Het is een van de begin stappen tot het komen van een ontwerp voor mij. Je kijkt naar de locatie om te kijken wat voor meerwaarde je kan geven aan de buurt met je ontwerp.
Deelvraag 7: Hoe zorg je dat je context functioneert?
Door te kijken wat de context nodig heb. Goed onderzoek te doen, en dit onderzoek toe te passen bij je ontwerp.
Hoofdvraag:
Aan welke voorwaarden dient een podium te voldoen om een actieve participatie van derden uit te lokken gegeven de context waarin het funcioneert?
De kern ligt bij zintuigen. Door mensen allerlei prikkels te laten ontvangen krijg je een actieve participatie. Mensen worden naar het podium toe getrokken door de voorwaarden. De context en het podium moeten zorgen voor de prikkels.
Ontregelmaat
Deelvraag 1:
Waaruit bestaat participatie?
De gebruiker wordt uitgenodigd om door de ruimte heen te lopen. Uit de eerste beschouwing blijkt dat mensen in de installatie gaan steunen, leunen en struikelen. Dit is dan ook een uitgangspunt in ons ontwerp geworden. Daarnaast zie je dus een actieve participatie plaatsvinden. De ruimte wekt de interesse en nieuwsgierigheid van de mens op om door de installatie te lopen. Zodra mensen gaan participeren, zie je dat ze door de installatie ontregelt worden. Door de actie van de bezoeker, vervolgt er een reactie van de ruimte. Dit komt door de vloerpanelen.
Deelvraag 2:
Op welk moment? En voor hoelang?
Wanneer men in die ruimte komt, en het pad ziet, begint de participatie. Als ze het pad hebben afgelegd, en alles hebben beklommen is de participatie afgelopen. We willen door middel van performance art de participatie verlengen. Dit doen we door een choreografie van dansers toe te passen in de ruimte. Gebaseerd op het leunen, steunen en struikelen van de bezoekers.
Deelvraag 3:
Wie zijn die derden?
Wij richten ons op alle doelgroepen, van jong tot oud. Van springlevend tot kruipend.
Deelvraag 4:
Wat zijn de voorwaarden voor het object? (podium)
De voorwaardes van het object zijn, dat het uitnodigend is, dat het mensen naar zich toe moet trekken. Zodra je het podium betreed, is het de bedoeling dat ons conceptbeeld duidelijk naar voren komt. Je wordt geïnspireerd door de regelmaat en de symmetrie van de ruimte. Daarnaast zorgt de installatie (de objecten) voor de ontregeling. Door deze kernen samen te brengen, krijg je weer het totaalbeeld ontregelmaat.
Deelvraag 5:
Wat zijn de voorwaarden voor de context? (plaats en tijd)
De voorwaarden voor de context is voornamelijk de regelmaat en symmetrie in de ruimte. Dit is duidelijk waar de context aan moet voldoen. Daarnaast zorgt de installatie juist weer voor de ontregeling. In principe speelt tijd geen rol, de ruimte is altijd ontregelend. Echter kan je wel concluderen dat als het donker is je nog meer ontregeld wordt doordat je niets ziet. Maar daarentegen valt de regelmaat van de ruimte weg. Kortom ons conceptbeeld komt het beste over als je onze ruimte kan zien.
Deelvraag 6:
Hoe denk je het een en ander te realiseren?
Naar onze mening is ons conceptbeeld helder en duidelijk weergegeven in de installatie en de ruimte. De regelmaat van de ruimte behouden we zoals die nu is. Voor de ontregelmaat creëren we een installatie. Hoe we die willen realiseren? We hebben op de kern houdingen leunen, steunen en struikelen een abstract silhouet gemaakt. Daar hebben we mee geëxperimenteerd. Zo zijn we op een bepaald vlakkenverdeling gekomen. Met die vlakken gaan we weer spelen met de volumes. Zo zie je een verschil tussen hoog en laag en wordt het optisch ruimtelijk. Op bepaalde vlakken gaan we ook ontregelende vloerdelen toepassen. Deze vloerdelen halen je uit je natuurlijke balans, je raakt gedesoriënteerd of soms zelfs gehinderd. Ook dit zorgt weer voor een ontregeling. Daarnaast wordt er een choreografie op de ruimte uitgeoefend. Dit doen we om mensen langer te laten participeren. Bij de dans zorgen we er voor dat de ruimte samenvloeit met ons conceptbeeld, de ontregelmaat. De danseressen spelen op de ruimte in en verbeelden de kern houdingen leunen, steunen, struikelen.
De hoofdvraag van ontregelmaat:
Aan welke voorwaarden dient jullie podium te voldoen om een gewenste actieve participatie van derde te bewerkstelligen?
Regelmaat en ontregeling.
Dit zijn de twee kernwoorden uit ons concept. Hieruit zijn ook de begrippen leunen, steunen, en struikelen ontstaan. De regelmaat komt vanuit de ruimte, die symmetrisch is. De ontregeling komt vanuit de ingreep die wij doen.
Regelmaat en ontregeling
Made by Nikki, Chanelle, Lev @ Ontregelmaat
Made by Nikki, Chanelle, Lev @ ontregelmaat
BY NIKKI
ONTREGELMAAT
OBJECTEN VOOR BERT